Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Want een [44]vuur is aangestoken in Mijn toorn, en zal bernen [45]tot in de onderste hel, en zal het land met zijn inkomst verteren, en de gronden der bergen [46]in vlam zetten. 44. Dat is, gruwelijke plagen van verwoesting, krijg, honger, pestilentie, enz., gelijk volgt. Vergelijk boven, hfdst.4 vs.24. Zie Job 22:20. 45. Hebreeuws, tot de hel van het onderste, of, der benedenheid toe; dat is, tot in de plaats der graven, diep in de aarde, die alzo zal worden verwoest en verdorven, dat zij in lang geen vruchten zal voortbrengen. Zie wijders van het Hebreeuwse woord Scheol Gen.37:35. 46. Hebreeuws, vlammen.